Heren op hun vélocipède ofwel hoge bi.
Afbeelding 552_307959
- Collectie
- Gemeentelijke Prentverzameling
- Inventarisnummer
- 552_307959
- Beschrijving
- Heren op hun vélocipède ofwel hoge bi.
- Datum of periode
- 01-01-1880 ‐ 31-12-1899
- Trefwoorden
- fietsen / rijwielen groepsportretten
toon op grote kaart
Goed om te weten: de plek kan afwijken van de werkelijke locatie (hij wordt automatisch gegenereerd).
1 reactie Commentaar van bezoekers
Zooals onzen lezers misschien wel bekend zal zijn, heeft in de vorige week op de Merwekade een wedstrijd plaats gehad in het hoepelen en vélocipède-rijden. De heer J. v.d. Heijden had daartoe, op aandringen van den jongenheer Joh. Hoobrockx het initiatief genomen. Het viel toen zoozeer in den smaak van de deelnemers, dat andere heeren bij den heer J. v. d. Heijden op eene herhaling op grootere schaal aandrongen en hunne medewerking toezegden. Hiervan was het gevolg, dat aanvraag voor een wedstrijd werd gedaan en toestemming werd verleend. Het weder liet zich heden wel donker aanzien, zoo zelfs dat de wimpel op den Grootekerkstoren verscheen en daarmede de oefeningen van de schutterij werden uitgesteld, maar het bleef er bij. Geen druppel regen viel er. Dat een Wedstrijd als bovengenoemde niet alleen in den smaak viel van enkelen, maar velen hierin belangstellen, bewees de groote menigte die zich voor den aanvang van den wedstrijd reeds op den Burgemeester de Raadtsingel bewoog. Ook hadden velen zich doen inschrijven om er aan deel te nemen. Voor het hoepelen door jongens hadden 33 van deze laatsten zich op de lijst doen plaatsen, die door de commissie in 8 categoriën waren verdeeld, nl. groote, middel soort en kleine jongens. Van de grootste jongens, 12 in getal, werd een prijs behaald door A. Duijtsen, Jan Loekemeijer, Albert v. d. Ven, Corn. Straatman en Jac. Vliegenthart en een premie door Simon van Brakel, Adr. Waterbeek en Anton Tromer. Van de 12 jongens van de 2e categorie werd een prijs behaald door W. v. Brakel, Jac Brand, W. Klein, Jan Galmeijer en L. v. Wijk en een premie door Aug. Bovenkamp, Jan v. Oorschot, W. de Hoog en Alb. Degens; terwijl van de 9 kleinste jongens of van de 1e categorie een prijs werd toegekend aan Sillevis, M. v. Asperen en een premie aan H. Boudier, H. Eigeman en Fr. v. Dalen. Was, zooals uit het hierbovenstaande bleek, de belangstelling bij de jongens groot, de meisjes waren niet ten achteren gebleven. Trouwens dit was wel vooruit te zien, daar in den laatsten tijd als door een tooverslag alle meisjes met houten hoepels werden gezien en deze zich nog meer met hoepelen vermaakten dan de jongens. De uitslag was dat van de 9 grootste meisjes een prijs kon worden toegekend aan Cato Eigeman, Johanna de Kluizenaar en Anna Spruijt, en eene premie aan Anno v. Wel, Sophia v.d. Straaten en Pl. Saarloos. Hierop wedijverden 18 kleinere meisjes, waarvan een prijs kregen Anna de Hoog, Henriette v. Hemert, Adriana Barto, Elisaheth v. Seventer, Rika de Reus en ? Lawende, en eene premie Johanna Brand, Adriana v. Loon, Gonda Bovenkamp en Elisabeth Lamoen. Eindelijk kregen van de 12 kleinste meisjes een prijs Elisabeth Pennock, Anna Mast, Adr. Degens en Adr. Koster. Aan den wedstrijd in het velocipède-rijden namen niet zoovelen deel, slechts een achttal had zich doen inschrijven. Hiervan werd een prijs toegekend aan M. van Zanten, Th. Luyken en ? de Kluizenaar en een premie aan N. Kriens en Joh. Reus. De wedstrijd hiermede geëindigd zijnde, vereenigden de deelnemers en ontwerpers van het feest, tot welke laatsten de heeren M. van Zanten en H. Pennock behoorden, zich in de zaal van den heer Ponsen, waar eerstgenoemden door de laatsten nog werden onthaald en werd overgegaan tot de uitreiking der prijzen. Hiermede belastte zich de heer M. v. Zanten, die toonde daarvoor de geschikte persoon te zijn. Op eene voor de kinderen begrijpelijke wijze vertelde hij hun hoe de oude Grieken en Batavieren zich steeds flink lichamelijk hadden geoefend en daarvan in het strijdperk de bewijzen aflegden. Zoo ook moeten de Hollandsche jongens worden. Na afoop der uren voor het leeren bestemd, moeten zij alles aanwenden om hun lichaam te oefenen en trachten echte Hollandsche jongens te worden. Luide hoerah’s braken hierop de rede van den spreker af, die vervolgens zijn dank bragt aan hen die tot het welslagen van dezen wedstrijd hadden medegewerkt, vooral aan de politie, die getoond had gaarne daarvoor iets over te hebben. Dat ook de heer van Zanten natuurlijk niet vergat de kinderen te prijzen om hunne ordelijkheid spreekt van zelf. De prijzen bestonden voor de jongens in verschillende artikelen als schrijfmappcn, griffelkokers enz., en voor de meisjes in voor haar geschikte zaken. Na de uitreiking keerden de deelnemers en deelneemsters vergenoegd huiswaarts, dat met de ontwerpers van het feest zeker ook wel het geval zal zijn geweest. De ordelijkheid die er heerschte en de belangstelling die getoond is, kunnen voor hen wel niet anders dan een gevoel van zelfvoldoening hebben opgewekt.